Als cliënt van UWV concludeerde Jan van Ewijk al snel dat er veel ruimte was voor verbetering in de dienstverlening van UWV. Dus toen hij zich via de politievakbond aan kon melden als cliëntenraadslid, hoefde hij daar geen twee keer over na te denken.
Bij de Centrale Cliëntenraad houdt hij zich inmiddels al meer dan drie jaar bezig met wat hij zelf ‘moeilijke dingen’ noemt. De commissie Sociaal Medische Zaken vindt hij bijvoorbeeld buitengewoon interessant, vertelt hij aan interviewer en lid van het redactieoverleg Dity de Voogd. Dat geldt ook voor de commissies Bezwaar & Beroep en Strategie & Beleid. ‘Die laatste vind ik erg belangrijk, daar kunnen we als cliëntenraad ook veel inbrengen. We leverden bijvoorbeeld input voor de kennisagenda 2020/2021 van UWV. Als cliëntenraad zetten wij al jaren zwaar in op het doenvermogen van cliënten. En nu is dat op de kennisagenda ook een prominent onderdeel.’
‘Al tijdens onze eerste besprekingen met de directeur Sociaal Medische Zaken pleitten we voor maatwerk’
Dity: ‘Jan, voorafgaand aan het interview vertelde je me dat je het graag wilde hebben over de tegenstrijdigheid tussen maatwerk en verscherpte regelgeving van UWV. Dat klinkt een beetje abstract. Wat bedoel je daar precies mee?’
‘UWV wil maatwerk leveren voor cliënten: meer kijken waar de cliënt behoefte aan heeft en wat er mogelijk is binnen de kaders’, legt Jan uit. ‘Tegelijkertijd maken ze strenger beleid, wat maatwerk in de weg staat.’
Als voorbeeld noemt hij de afhandeling van het WB3000-bestand, tegenwoordig ook bekend als het OTN-dossier (OTN staat voor Ondersteuningsteam Noord). In 2019 bleek dat de herbeoordeling van meer dan tweeduizend mensen met een IVA-uitkering op een verkeerde manier was verlopen. Volgens UWV had een deel van hen daardoor mogelijk onterecht een IVA-uitkering gekregen. Daarom besloot UWV al deze dossiers opnieuw tegen het licht te houden.
‘Al tijdens onze eerste besprekingen hierover met de directeur Sociaal Medische Zaken pleitten we voor maatwerk. Kijk naar de geschiedenis van mensen en kijk met wie je te maken hebt. Het merendeel van deze mensen is vijftig of zestig plus. Houd rekening met de consequenties die dit besluit voor hen kan hebben.’
Rond dezelfde tijd onderzocht een parlementaire ondervragingscommissie de kinderopvangtoeslag. In het verslag “Ongekend onrecht” stelde deze commissie dat bij de fraudeaanpak van de kinderopvangtoeslag de grondbeginselen van de rechtsstaat zijn geschonden. Een vergissing bij een aanvraag werd al gauw als fraude gezien, waardoor ouders onterecht gebrandmerkt zijn als opzettelijke fraudeurs. De toeslagenaffaire leidde tot de val van het kabinet. Maar ook tot meer aandacht voor maatwerk voor cliënten, ziet Jan. ‘Na de toeslagenaffaire is door de Tweede Kamer een motie aangenomen om ervoor te zorgen dat uitvoeringsinstanties maatwerk kunnen bieden aan cliënten.’
Tegelijkertijd onderzocht een andere commissie (de Tijdelijke Commissie Uitvoeringsorganisaties) de oorzaken van problemen bij uitvoeringsorganisaties zoals de Belastingdienst en UWV, en het verlies van de menselijke maat daarbij. Het lijkt dus in de goede richting te gaan met maatwerk, maar zo eenvoudig ligt het niet, stelt Jan. ‘Haaks op deze ontwikkeling, staat de reactie van UWV op de grootschalige fraude door Poolse arbeidsmigranten met werkloosheidsuitkeringen. Naar aanleiding van die fraude is het adressenbeleid van UWV enorm verscherpt. Vroeger kon je vrij eenvoudig een adres doorgeven waar post over je uitkering naartoe kon. Tegenwoordig moet je adres geregistreerd staan in de Basisregistratie Personen. Maar voor economisch daklozen – mensen die wel werk hebben, maar geen dak boven hun hoofd – is dat geen optie. Iedereen wordt over een kam geschoren en zij zijn daar de dupe van.’
‘Doordat we er voortdurend bovenop bleven zitten, is er nu een meldpunt ingesteld voor mensen in schrijnende situaties’
Toch ziet Jan bij de afhandeling van het OTN-dossier wel dat UWV zijn best doet om meer maatwerk toe te passen. Daarbij heeft de toeslagenaffaire in zekere zin ‘geholpen’, denkt hij. ‘Het is natuurlijk in en in triest wat er is gebeurd. Maar het leidde ook tot een breed besef dat de overheid mensen écht diep in de problemen kan brengen wanneer ze fouten maakt.’
Misschien luisterde UWV daardoor wel beter toen de Centrale Cliëntenraad keer op keer aankaartte dat UWV naar individuele gevallen moest kijken in het OTN-dossier. ‘Ons doel was om de herbeoordeling te stoppen, dat is niet gelukt. Maar doordat we er voortdurend bovenop bleven zitten, is er nu wel een meldpunt ingesteld voor mensen in schrijnende situaties. Inmiddels hebben al meer dan 150 mensen zich daar gemeld, waar UWV nu afzonderlijk naar kijkt. In eerste instantie keek UWV alleen naar de regels. Maar nu hebben mensen een gezicht gekregen.’